Dag 33: Thuiskomst

22 mei 2017 - Mirissa, Sri Lanka

's Ochtends een duik nemen bij Secret Beach klinkt mooier dan het is. Het gaat blijkbaar meer om het mooie strand dan om het water. Er liggen zoveel rotsblokken en dood koraal, dat je niet fijn kunt zwemmen. Als je dan een plekje met zand gevonden hebt, is de zee zo ruig in dit seizoen, dat je toch wel tegen scherpe stenen wordt gebonjourd. Op die manier kun je de zeeduivels ook niet effectief ontwijken, dus plakkerig van het warme zoute water liep ik terug naar een verlaten hangmat die eigenlijk bij een bar hoort. Ook de secret beach bar is in dit seizoen verlaten. 

Maximaal genoten van de trekpleisters in Mirissa, namen we de bus naar Galle.
In eerste instantie maakten we ons op voor weer een ronkende stad die wat ontwikkelfasen van de digitale revolutie heeft overgeslagen, toen we de grijze winkelstraten zagen.
Op steenworp afstand van het geelbeslagen busstation, echter, staat het Galle Fort, dat de Nederlanders en Portugesen om beurten hebben opgebouwd in de zestiende eeuw. 
De Vaderlandse kolonialen hebben deze ministad volgebouwd met Nederlandse villa's, die je herkent aan de zuilen voor een overdekte veranda. Grote deuren en dikke muren, waardoor het binnen koel blijft. Deze huizen staan langs rustige klinkerstraten die vaak uitkijken op een van de muren van het fort.
Door de mediterraanse uitstraling die voelt het niet direct als Nederland, maar dat we op oud-Europees grondgebied stonden was wel duidelijk.
Op verschillende plekken loop je tegen VOC markeringen aan. We zochten naar onze voorvaderen in de graftombes van de Nederlandse Hervormde Kerk en wierpen een blik in de naar urine riekende Portugese kerkers.

Galle dankt haar naam overigens niet geheel aan de Nederlanders. De Portugesen die in de vijftiende eeuw op weg waren naar de Maldiven hoorden op het land hier een haan kraaien. Ze besloten aan land te gaan en de stad Galo (Portugees voor haan) te noemen. Een eeuw later hoorden we ongetwijfeld een gouverneur zeggen: 'Gaalo? Geweaun Galluh'. 
-nu noemen ze het Ghoul, want de Srilankezen zijn cultuurbarbaren-

Dankzij de overwinningslust van onze voorouders konden we in Galle even vaderlandse lucht ademen en voelde het bereiken van deze stad op een afstand van meer dan zesduizend kilometer van huis even als thuiskomst. 

3 Reacties

  1. Nielco of Henriëtte:
    24 mei 2017
    De blogs worden steed poëtischer! Ondertussen schroeven ze in jullie echte vaderland de temperaturen wat op, tot tropische waarden komend weekend. Dan is de schok niet zo groot als jullie maandagmorgen op Schiphol landen.
  2. Opa en Oma de Jong,:
    24 mei 2017
    Wat een avonturen, wat een verhalen !!!
    We hebben er van genoten !!!
    Bedankt !!!
    Veilige reis weer naar huis, !!!!
  3. Dini van Rijswijk:
    25 mei 2017
    Mooi verhaal en gelijk een stukje geschiedenis geleerd.